RAID-MODI RAID-MODI
RAID-MODI 

Heeft deze informatie u geholpen?

RAID-modi

 

Raadpleeg de onderstaande tabel voor een overzicht van de RAID-modi die beschikbaar zijn voor uw NAS OS-apparaat. De prestatie- en beveiligingsniveaus zijn afhankelijk van het aantal schijven in het volume. De wizard voor Nieuw netwerkvolume van de NAS OS bevat een handige tooltip met een beoordeling op basis van sterren voor prestaties en bescherming op basis van het aantal schijven in het volume.

 

RAID-modus Minimum aantal harde schijven
SimplyRAID 1 (zonder gegevensbescherming) of 2 (met gegevensbescherming)
JBOD 1
RAID 0 2
RAID 1 1 (zonder gegevensbescherming) of 2 (met gegevensbescherming)
RAID 5 3
RAID 6 4
RAID 10 4

 

De standaard RAID voor een NAS OS-apparaat verschilt, afhankelijk van het aantal schijven dat zich in de behuizing bevindt:

  • 0 schijven: SimplyRAID enkelvoudige beveiliging met bescherming op basis van één schijf wordt tijdens de installatie van de NAS OS geconfigureerd.
  • 2 schijven: SimplyRAID enkelvoudige beveiliging met bescherming op basis van één schijf
  • 4 schijven: SimplyRAID enkelvoudige beveiliging met bescherming op basis van één schijf
  • 8 schijven: SimplyRAID dubbele beveiliging met bescherming op basis van twee schijven

Bij bescherming op basis van één schijf blijven de gegevens beschermd als één harde schijf defect raakt of kwijtraakt.

Bij bescherming op basis van twee schijven blijven de gegevens beschermd als twee harde schijven defect raken of kwijtraken.

 

Opmerking over behuizingen met één harde schijf: u kunt een SimplyRAID- of RAID 1-volume creëren met één schijf in de behuizing. Als in de behuizing andere schijven beschikbaar zijn, breidt u het aantal volumes met één schijf uit. Bij de uitbreiding blijven de gegevens op het volume intact (zie Uitbreiding volume: volumes met één schijf en onbeschermde volumes). Bovendien biedt het uitbreiden van RAID 1 en SimplyRAID bescherming tegen het verlies van één harde schijf. Er is echter GEEN GEGEVENSBESCHERMING wanneer het volume slechts één harde schijf bevat.

 

Belangrijke info over back-ups van de NAS: het verdient aanbeveling dat alle gebruikers back-ups van gegevens maken op een DAS of een andere NAS als aanvullende bescherming tegen schijfdefecten of secundaire defecten (bijv. aan de hardware, het netwerk e.d.). Zie Back-uptaken voor meer informatie.

 

Hulp bij de keuze van uw RAID

 

Tooltip: beoordeling op basis van sterren

Een goed begrip van RAID en de verschillende RAID-niveaus is van cruciaal belang bij het bepalen van de beste verdeling van de schijven in uw NAS. De wizard voor Nieuw netwerkvolume van de NAS OS biedt een beoordelingssysteem op basis van sterren, met een intuïtieve balk voor opslagcapaciteit, om beheerders RAID-volumes te helpen configureren. De sterbeoordelingen zijn beschikbaar via een tooltip bij selectie van de RAID. U krijgt toegang tot de tooltip door op de i te klikken naast Maak uw keuze.

 


 

Opmerking: in de wizard voor het nieuwe netwerkvolume zijn stap-voor-stapinstructies beschikbaar in de wizard Nieuw netwerkvolume.

 

RAID-vergelijkingen

Het beschikbare RAID-niveau voor een volume is afhankelijk van het aantal schijven. Een volume met vier schijven ondersteunt bijvoorbeeld alle RAID-niveaus, met uitzondering van RAID 1, dat niet geschikt is voor volumes met meer dan drie schijven. Bij gebruik van de wizard Nieuw netwerkvolume kunt u het keuzerondje van een RAID selecteren om in het midden van het scherm de sterke en zwakke punten ervan te bekijken.

Bij vergelijkingen voor een volume met vier schijven blijkt RAID 0 de beste keuze te zijn voor opslagcapaciteit. Dit RAID-niveau heeft echter een groot nadeel: het biedt geen gegevensbescherming en de prestaties ervan benaderen die van RAID 5. Zowel RAID 6 als SimplyRAID met dubbele beveiliging bieden gegevensbescherming, zelfs wanneer twee schijven defect raken. SimplyRAID zal de opslagcapaciteit in configuraties met verschillende capaciteiten echter veel beter optimaliseren dan RAID 6, wat gebruikers meer ruimte biedt voor de opslag van bestanden.

 

RAID-niveaus

Kies het niveau van de RAID om te leren hoe het werkt met uw NAS.

 

NAS OS SimplyRAID

De meeste RAID-modi gebruiken identieke schijfcapaciteiten tussen de pool van harde schijven om gegevens te beschermen. In plaats van een overhead aan opslagcapaciteit te verliezen in gemengde schijfomgevingen, behoudt SimplyRAID de extra ruimte voor gebruik wanneer nieuwe schijven aan de behuizing worden toegevoegd. Dit betekent dat u, in tegenstelling tot standaard RAID-modellen, de array eenvoudig kunt uitbreiden zonder gegevens te verliezen. Twee schijven van elk 1 TB creëren bijvoorbeeld een RAID 1-array zonder overheadkosten voor schijfcapaciteit. Een schijf van 1 TB die met een schijf van 2 TB wordt gecombineerd, kan slechts een bescherming van 1 TB creëren, omdat de omvang van de gegevens niet groter kan zijn dan de capaciteit van de kleinste schijf. SimplyRAID berekent de overhead en bereidt deze voor op toekomstige schijfuitbreiding.

 

JBOD (Just a Bunch Of Disks)

 

 

Schijven in een JBOD-configuratie slaan gegevens sequentieel op. Gegevens worden bijvoorbeeld eerst op schijf 1 geschreven. Wanneer schijf 1 vol is, worden de gegevens naar schijf 2 geschreven, daarna naar schijf 3 enzovoort. Dit RAID-niveau biedt twee voordelen: de de eenvoudige uitbreidbaarheid en de beschikbaarheid van 100% van de totale opslagcapaciteit van de schijven. Wanneer één schijf defect raakt, zullen echter alle gegevens verloren gaan.

 

RAID 0

 

 

RAID 0 is de snelste RAID-modus omdat hierbij de gegevens naar alle schijven in het volume worden geschreven. Verder worden voor een optimale opslagcapaciteit de capaciteiten van alle schijven bij elkaar opgeteld. Bij RAID 0 ontbreekt echter een zeer belangrijke functie voor een NAS: gegevensbescherming. Als één schijf defect raakt, worden alle gegevens ontoegankelijk. Bij het afwegen van prestaties tegen bescherming dient u ermee rekening te houden dat de overdrachtssnelheden van een NAS niet alleen afhankelijk zijn van zijn eigen hardware, maar ook van de bandbreedte van het netwerk. Wanneer bijvoorbeeld beide LAN-poorten gekoppeld zijn en verbonden zijn met een router die poortaggregatie ondersteunt, kan de snelheid van de NAS niet hoger zijn dan 200 MB/s. Een aanbevolen keuze is RAID 5. Dat niveau biedt vergelijkbare prestaties, ongeveer 75% van de opslagcapaciteit van RAID 0 (op basis van het totale aantal beschikbare schijven, de totale opslagcapaciteit) en gegevensbescherming.

 

RAID 1

 

 

RAID 1 biedt verbeterde gegevensbescherming omdat alle gegevens naar elke schijf in het volume worden geschreven. Wanneer één schijf defect raakt, blijven de gegevens op de andere schijf in het volume beschikbaar. Vanwege de tijd die nodig is om gegevens meerdere keren te schrijven, nemen de prestaties echter af. RAID 1 reduceert bovendien ook de schijfcapaciteit met 50% of meer omdat iedere bit aan gegevens op alle schijven in het volume wordt opgeslagen.

 

Opmerking over de schijfvereisten voor RAID 1: een standaard RAID 1-configuratie bevat twee schijven met identieke capaciteit. Met de NAS OS kunt u echter een RAID 1-volume met tot wel drie schijven, of drie schijven plus een reserveschijf creëren. Het is ook mogelijk om een RAID 1-volume met één schijf te creëren. Hoewel een dergelijk volume geen gegevensbescherming biedt, is het wel klaar voor uitbreiding wanneer u een nieuwe schijf toevoegt. Gegevensbescherming zou beschikbaar moeten komen wanneer de tweede schijf aan het RAID 1-volume wordt toegevoegd.

 

RAID 5

 

 

RAID 4 schrijft de gegevens naar alle schijven in het volume en een pariteitsblok voor elk gegevensblok. Als één fysieke schijf defect raakt, kunnen de gegevens van de defecte schijf op een vervangende schijf worden hersteld. Wanneer één schijf defect raakt, gaan er geen gegevens verloren, maar als een tweede schijf defect raakt voordat de gegevens op een vervangingsschijf kunnen worden hersteld, gaan alle gegevens in de array verloren. Er zijn minimaal drie schijven vereist om een RAID 5-volume te creëren.

RAID 5 biedt prestaties die met RAID 0 vergelijkbaar zijn, plus het voordeel van gegevensbescherming.

 

RAID 6

 

 

RAID 6 schrijft de gegevens naar alle schijven in het volume en twee pariteitsblokken voor elk gegevensblok. Als één fysieke schijf defect raakt, kunnen de gegevens van de defecte schijf op een vervangende schijf worden hersteld. Met twee pariteitsblokken per gegevensblok ondersteunt RAID 6 tot wel twee defecte schijven zonder gegevensverlies. RAID 6-synchronisatie vanaf een defecte schijf is trager dan RAID 5, vanwege het gebruik van dubbele pariteit. Het is echter veel minder kritiek vanwege de dubbele schijfbescherming. Er zijn minimaal vier schijven vereist om een RAID 6-volume te creëren. RAID 6 biedt zeer goede gegevensbescherming met slechts gering prestatieverlies vergeleken met RAID 5.

 

RAID 10

 

 

RAID 10 combineert de bescherming van RAID 1 met de prestaties van RAID 0. Met bijvoorbeeld vier schijven creëert RAID 10 twee RAID 1-segmenten en combineert deze tot een RAID 0-stripe. Met acht schijven bevat de RAID 0-stripe vier RAID 1-segmenten. Dergelijke configuraties bieden uitmuntende gegevensbescherming, zodat er twee schijven defect kunnen gaan in twee RAID 1-segmenten. Daarnaast schrijft RAID 10 alle gegevens op bestandsniveau en biedt het, vanwege de RAID 0-stripe, gebruikers betere prestaties bij het beheer van grotere hoeveelheden kleinere bestanden. Dit betekent een grotere input en output per seconde (de zogeheten IOPS) voor gegevens.

RAID 10 is een goede keuze voor databasebeheerders die op de schijven van het volume tal van kleinere bestanden moeten lezen en schrijven. De indrukwekkende IOPS en gegevensbescherming die RAID 10 biedt, biedt databasebeheerders een indrukwekkende betrouwbaarheid, zowel voor het veilig houden van bestanden als voor snelle toegang.

 

RAID 1+reserveschijf(reserveschijven), RAID 5+reserveschijf(reserveschijven), RAID 6+reserveschijf en RAID 10+reserveschijf

 

 

RAID-modus Maximaal aantal reserveschijven
RAID 1 3
RAID 10 4
RAID 5 3
RAID 6 4

 

  • RAID 1: dezelfde gegevens worden geschreven naar alle harde schijven in het volume, zodat uw gegevens beschermd zijn tegen de uitval van één schijf.
  • RAID 10: bestaat uit twee of meer RAID 1-segmenten, waardoor in elk segment één schijf defect kan raken.
  • RAID 5 en RAID 6: de gegevens worden in pariteitsblokken naar alle schijven in het volume geschreven. Bestanden zijn beschermd tegen de uitval van respectievelijk één schijf of twee schijven.

 

Een RAID+reserveschijf biedt u een "hot-spare" die klaar staat om direct gegevens te synchroniseren als een schijf defect raakt. Wanneer een harde schijf in het volume defect raakt, worden de gegevens met de reserveschijf gesynchroniseerd. Het duidelijke voordeel van een RAID-volume met een reserveschijf is dat u niet op een vervangende schijf hoeft te wachten.

Bij vervanging van de defecte schijf wordt de vervangende schijf de nieuwe hot spare.

Voor het creëren van een volume met een reserveschijf kiest u Aangepast in de wizard Nieuw netwerkvolume. Als u in de wizard Nieuw netwerkvolume Snel instellen kiest, wordt automatisch een volume gemaakt met SimplyRAID en bescherming op basis van één schijf. SimplyRAID optimaliseert de schijfruimte op alle schijven, zodat een maximale hoeveelheid opslag beschikbaar is. Daarom krijgt u hierbij niet de optie om een reserveschijf toe te voegen. Zie de wizard Nieuw netwerkvolume voor instructies voor het creëren van volumes met de wizard Nieuw netwerkvolume.

 

Belangrijke info: in het geval van RAID+reserveschijven blijven de gegevens intact wanneer één schijf defect raakt en begint de reserveschijf automatisch te synchroniseren. Wanneer een tweede schijf in het volume defect raakt voordat de synchronisatie is voltooid, gaan alle gegevens in het volume verloren. In RAID 6 mogen twee schijven defect raken.